Chantal van Rijt – SEMAPHORE (THE CATERPILLAR)

Houtdok, Ghent

22/11/2024 – 10/01/2025

Semaphore (The Caterpillar):

Rupsen zijn kwets­ba­re insec­ten die ver­schil­len­de ver­de­di­gings­me­cha­nis­men beheer­sen om roof­die­ren en vij­an­den af te schrik­ken. Ze ver­sprei­den afsto­ten­de geu­ren, pro­du­ce­ren tril­sig­na­len en piep­ge­lui­den of zijn gehuld in excen­trie­ke camou­fla­ge­prints. Deze laat­ste gra­fi­sche en kleur­rij­ke patro­nen zijn vor­men van apo­tro­pa­ï­sche com­mu­ni­ca­tie en bren­gen bood­schap­pen over aan de rivaal, ver­ge­lijk­baar met de his­to­ri­sche func­tie van vlag­gen om ter­ri­to­ria af te bake­nen. Chantal van Rijt maak­te een macro­fo­to van een gecon­ser­veer­de rups, een exem­plaar van de soort​‘Automeris Naranja’ uit het Natuurhistorisch Museum in Brussel, aan­ge­trok­ken door het motief van de val­se ogen die de huid van het insect sie­ren. Ogen zijn vaak sym­bo­len van bescher­ming, ter­wijl deze blik bedoeld is om roof­vo­gels weg te sta­ren. De kleur van de rups is door de taxi­der­mi­sche behan­de­lin­gen ver­an­derd van gif­groen in oker­geel. Het oor­spron­ke­lij­ke beeld, dat nog geen cen­ti­me­ter meet, is nu uit­ver­groot tot reus­ach­ti­ge ogen die uit­kij­ken over de rivier, de school en de stad.

De prak­tijk van Chantal van Rijt wordt gedre­ven door het expe­ri­ment. Als een heden­daag­se alche­mist duikt zij in de mate­ri­ë­le ver­ha­len van plan­ten, die­ren en ande­re natuur­lij­ke sub­stan­ties. Geïnspireerd door het onder­zoe­ken van geschie­de­nis­sen en moge­lij­ke toe­kom­sten, neemt zij vaak een enkel punt en laat dat ont­ra­fe­len tot een uit­ge­breid land­schap. Haar onder­wer­pen bevin­den zich zowel in het orga­ni­sche domein als in de kli­ni­sche omge­ving van een labo­ra­to­ri­um. Protagonisten die in het werk voor­ko­men zijn hout­wor­men, de zon, de dode­lij­ke taxus bac­ca­ta en de oor­steen van een vis.

Deze vlag werd geproduceerd in samenwerking met Cas-co Leuven.


Caterpillars are vulnerable insects that master various defense mechanisms to deter predators and enemies. They emit repellent odors, produce vibrating signals and squeaking sounds or are cloaked in eccentric camouflage prints. These latter graphic and colorful patterns are forms of apotropaic communication and convey messages to the rival, similar to the historical function of flags to mark territories. Chantal van Rijt took a macro photograph of a preserved caterpillar, a specimen of the species’Automeris Naranja’ from the Natural History Museum in Brussels, attracted by the motif of false eyes adorning the insect’s skin. Eyes are often symbols of protection, while this look is meant to stare away birds of prey. The color of the caterpillar has been changed from poison green to ochre yellow by taxidermy treatments. The original sculpture, measuring less than an inch, has now been enlarged into giant eyes that look out over the river, the school and the city.

Chantal van Rijt’s practice is driven by experimentation. Like a contemporary alchemist, she delves into the material stories of plants, animals and other natural substances. Inspired by exploring histories and possible futures, she often takes a single point and allows it to unravel into a comprehensive landscape. Her subjects are both in the organic realm and in the clinical environment of a laboratory. Protagonists featured in the work are woodworms, the sun, the deadly yew baccata and the ear stone of a fish.

This flag was produced in collaboration with Cas-co Leuven.